Gian Carlo Menotti (Cadegliano 1911) is een Amerikaan van Italiaanse komaf die zich in zijn lange carrière ontpopte tot een dirigent, componist en theaterman van het kaliber Leonard Bernstein. Hoewel hij ook orkestwerken en andere vocale werken schreef, heeft Menotti vooral op het gebied van de eigentijdse opera veel gedaan om deze kunstvorm een groter publiek te bezorgen. Zoals Alfred Hitchcock het verwoordde: 'Menotti combineert het drama van het populaire theater en een Pucciniaans muzikaal vocabulaire met een Italiaanse liefde voor vloeiende taal en een grote interesse in karakters als echte menselijke wezens.'
Menotti wist al jong wat hij wilde en schreef, gecoacht door zijn moeder, op zevenjarige leeftijd zijn eerste liederen. Vier jaar later ontstond het libretto en de muziek van zijn eerste opera, De dood van Pierrot. Op twaalfjarige leeftijd begon hij zijn studie aan het Verdi Conservatorium in Milaan. Na de dood van zijn vader trok hij met zijn moeder naar de VS, waar hij zijn opleiding voortzette aan het Curtis Institute of Music.
De carrière van Menotti kreeg serieuze vormen toen in 1937 zijn opera Amelia Goes to the Ball werd uitgevoerd. Tussen de ruim twintig opera's die in de loop der jaren volgden, zitten vele bijzonderheden zoals de eerste opera voor radio The Old Maid and the Thief (1939) en de eerste speciaal voor tv geschreven kerstopera Amahl and the Night Visitors. Met werken als The Medium (1946), The Telephone (1947), The Consul (1950) en Maria Golovin (1958) werd Menotti de eerste componist na George Gershwin die met zijn opera's Broadway veroverde. Zo veranderde hij met zijn conservatieve doch immer lyrische en aanstekelijke stijl de houding van het Amerikaanse publiek jegens opera.
Oeuvre
22 opera's; ongeveer 30 orkestwerken; 3 kamermuziekwerken; pianowerken; liederen en koorwerken.
