XYZ van de klassieke muziek

Katja Reichenfeld (2003)

Gepubliceerd op 21-03-2017

Edouard Lalo

betekenis & definitie

Edouard Lalo (Lille 1823-Parijs 1892) was een Franse componist van met name orkestwerken en kamermuziek. Als jongen studeerde Lalo viool en cello aan het conservatorium in Lille. Toen zijn vader zich verzette tegen zijn muzikale aspiraties, vertrok hij op zestienjarige leeftijd naar Parijs, waar hij aan het conservatorium viool studeerde en privé-compositielessen nam. Daarna voorzag hij als vioolleraar in zijn levensonderhoud en 'schnabbelde' als violist. Bovendien speelde hij in het Armingaud-kwartet, een van de eerste Franse strijkkwartetensembles.

Lalo had een uitgesproken affiniteit met het idioom van Mendelssohn, Schumann en Berlioz. Uit zijn muziek wordt duidelijk dat hij grote waarde hechtte aan originaliteit. Soms leidde dat echter tot maniërismen, zoals het te pas en te onpas opduikende fortissimo akkoord, dat werkt alsof de componist met de vlakke hand op tafel slaat om zijn betoog kracht bij te zetten. Met een Strijkkwartet (op. 45) en drie Pianotrio's droeg Lalo bij aan het in Frankrijk incourante genre van de kamermuziek. Het Franse publiek was vooral gespitst op opera en ballet. Ook daarin probeerde hij zich te onderscheiden, aanvankelijk zonder succes. Met zijn orkestwerken had hij wel succes, zoals met het aan Pablo de Sarasate opgedragen Vioolconcert (1874) en de Symphonie espagnole (1875), dat Tsjaikovski inspireerde tot zijn Vioolconcert. Succesvol waren ook het Celloconcert (1877) en de Fantaisie norvégienne voor viool solo en orkest (1878). Uiteindelijk zou Lalo toch nog een operatriomf meemaken, toen zijn Le roi d'Ys (1888) in de Opéra Comique een overweldigend succes werd.

Oeuvre
3 opera's; 1 ballet; 14 orkestwerken, waaronder 10 soloconcerten; ca. 60 liederen; ca. 20 kamermuziekwerken, waaronder 1 strijkkwartet en 3 pianotrio's.