Cadens (Lat. cadere, vallen) is: 1) het 'op zijn plaats vallen' van de slotakkoorden van een tonaal geschreven stuk en een terugkeer naar de grondtoon. De 'volledige' cadens volgt een vaste formule: 4e of 2e trap - 5e trap - 1e trap (met 'trap' wordt bedoeld de 'trede' ofwel toon in de 'toonladder'). D.w.z.: subdominant-dominant-tonica, ofwel: uit-bijna thuis-thuis. 2) een virtuoze passage, ingevoegd tegen het eind van een soloconcert of een aria, oorspronkelijk (rond 1500) een 'vallende' melodische lijn die leidde naar het slot. In deze zin is 'cadens' een synoniem van 'clausula' (Lat.). Allengs ging zo'n passage steeds meer gepaard met versieringen, en uiteindelijk werd de cadens een proeve van fantasie en virtuositeit van de uitvoerder. Soms werd de cadens uitgeschreven (bijvoorbeeld door C.P.E. Bach), soms geïmproviseerd.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk