Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 04-11-2019

Vlag

betekenis & definitie

Een meestal rechthoekig stuk doek in een of meer kleuren, hetwelk bij het zeewezen dient als herkenningsteeken en om elkaar berichten te geven en dat in het leven der staten een eereteeken is (nationale v.). Bij het zeewezen onderscheidt men oorlogsvlaggen en handelsvlaggen, verder v., die bijzonderheden aangeven, het aan boord zijn van vorstelijke personen of hoogere bevelvoerders (commandovlaggen), loodsvlaggen, reederijvlaggen, quarantainevlaggen, enz. Bij sommige staten is de oorlogsvlag gelijk aan de handelsvlag. Beide worden steeds aan de gaffel of aan een bijzonderen vlaggestok geheeschen.

Ook de wimpels behooren tot de vlaggen.De Grieken en Romeinen kenden geen v.; men verneemt bij hen alleen van de „gouden standaards”. Van de Vikings en Noormannen weet men, dat zij v. gebruikten als herkenningsteekenen. Eerst in de 17e eeuw werd de staatsvlag ingevoerd. Vgl. nog → Standaard; Vaandel; Wimpel.

Voor de kwestie van de kleuren der Ned. v., zie art. → Nederland (sub II B).

Op schepen worden nationale, standaard- en seinvlaggen gebruikt. De standaardvlag is een roode of blauwe v. of wimpel met den scheepsnaam; seinvlaggen zijn verschillend gekleurde vlaggen, elk een letter van het alphabet aanduidende en waarmede schepen seinen geven in codevorm. Er bestaat een internationale code, die op alle zeeschepen wordt gebruikt. Het bekend S.O.S. is één van die seinen. → Seinwezen.

Lit.: Drawings of the flags of all nations. Published by his Majesty’s Stationery Office (1930); Siegel, Die Flagge (1912).