Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 22-10-2019

Trillingen

betekenis & definitie

(natuurk.) zijn periodieke bewegingen om een evenwichtsstand. Bij een zgn. enkelvoudige of harmonische t. wordt het bewegende punt naar den evenwichtsstand getrokken met een kracht, die evenredig is met de uitwijkingen, d.i. de afstand tot den evenwichtsstand. De grootste uitwijking heet amplitudo en de tijd, die verloopt tusschen twee momenten, waarop het trillende punt in denzelfden bewegingstoestand verkeert, heet periode of trillingstijd T. De frequentie N = 1/T is het aantal t. per sec.

Iedere periodieke beweging is op te bouwen uit enkelvoudige t. Gewoonlijk zal na eenige t. de amplitudo van het trillende punt afnemen; men zegt dan dat de t. gedempt is. Zorgt men ervoor, door toevoeging van energie, dat de amplitudo constant blijft, dan spreekt men van ongedempte t.Wanneer van een stelsel deeltjes er een aan het trillen wordt gebracht, dan zullen die trillingen zich ook aan de andere deeltjes meedeelen. Men zegt dan, dat zich golven in het stelsel voortplanten. Is de trillingsrichting loodrecht op de richting van voortplanting, dan spreekt men van transversale golven; vallen beide richtingen samen, dan van longitudinale golven. Transversale golven treft men aan bij een snaar en het ➝ licht. Longitudinale golven bij een gas. Zie ook ➝ geluid. Sweerts.