Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 22-10-2019

Tannine

betekenis & definitie

Ook: looizuur of tannol, grijsgeel poeder, sterk samentrekkend van smaak, dat bereid wordt uit galappels, vnl. uit Chineesche of Turksche. T. is waarschijnlijk een ester van glucose met galluszuur pentamonogalloyl- of pentadigalloylglucose. Gemakkelijk oplosbaar in water, glycerine en alcohol. Oplossingen worden in de geneesk. gebruikt, o.a. op brandwonden, voor huidontsmetting, als mondwater, als tegengift bij alcaloïdevergiftiging.

Evenals t. worden ook t.-verbindingen als darm-adstringentia o.a. bij diarrhee gebruikt, bijv. bismuth- en calciumtannaat; tannalbumine of tannalbine, een verbinding van t. met eiwit, die minstens 30% t. bevat; tannigen, diacetyltannine.Lit.: Comm. Ned. Pharm. (IV 81926). Hillen.