Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 14-10-2019

Schouw

betekenis & definitie

1° Stookplaats voor open vuur, gewoonlijk met groote, naar voren gebouwde kap of rookvang. Monumentale s. zijn bewaard gebleven uit de perioden van de Gotiek en de Renaissance; bijv. die in het raadhuis te Bergen-op-Zoom, die in het Vrije te Brugge en die in het raadhuis te Kampen.

In latere perioden gaat de vorm meer over in dien van den thans nog wel gebruikelijken schoorsteenmantel, tot de s. een herrijzenis beleeft in de moderne, op het pittoreske en archaïsche gerichte landhuisarchitectuur (→ Landhuis).v. Embden.
2° Platbodem-zeiljacht. De planken worden alleen in de lengterichting gebogen, zoodat de spantlijnen hoekig zijn. Platte voor- en achterspiegel.
3° S. of schouwing bij polders en waterschappen e.d. een reglementair voorgeschreven periodieke inspectie van slooten, dijken, wegen, enz.