Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 02-10-2019

Rechtbank

betekenis & definitie

In het algemeen verstaat men onder r. een college van rechters, dat recht spreekt in strafzaken of burgerlijke gedingen.

In strikten zin is in Nederland de arrondissementsrechtbank, of kortweg de rechtbank het gewone gerecht voor zaken, die in eersten → aanleg worden behandeld. Er zijn 19 r. Zij vonnissen in den regel met drie rechters; men spreekt dan van een meervoudige Kamer. Grootere r. hebben 2 tot 6 meervoudige Kamers, nl. één of meer Strafkamers, Kamers voor burgerlijke zaken en Kamers voor handelszaken. De verdeeling van het werk over de Kamers wordt vastgesteld door het college in een reglement van orde, dat door den koning moet worden goedgekeurd. Sinds de wet van 27 Sept. 1909, Stbl. 324, kunnen er voor de berechting van burgerlijke en handelszaken ook enkelvoudige Kamers voorkomen, welke bestaan uit één rechter.

Hetzelfde is sinds de wetten van 5 Juli 1921, Stbl. 833 en 834, het geval voor de berechting van strafzaken (politierechter en kinderrechter) . Behalve de enkelvoudige Kamers heeft men nog rechters-commissarissen, te wier overstaan of door wie bepaalde proceshandelingen kunnen worden verricht. Zoo kan in burgerlijke zaken een getuigenverhoor door een rechter-commissaris worden gehouden, terwijl in strafzaken een rechter-commissaris ’t voor-onderzoek verricht.

Voor de taak der r. zie → Competentie. v. d. Kamp.

In België is r. de gewone benaming voor de rechterlijke colleges, meer bepaald van de lagere rechterlijke colleges, in tegenstelling tot de Hoven. Zoo heeft men:

De politierechtbank, samengesteld uit den vrederechter, een lid van het Openbaar Ministerie (politiecommissaris of burgemeester) en een griffier.

De r. van eersten aanleg of arrondissementsrechtbank, die, in strafzaken, correct ionneele rechtbank heet. Zij is samengesteld uit een voorzitter, een of meer ondervoorzitters, den procureur des Konings en een of meer substituten van den rocureur des Konings, en een zeker aantal griffiers. Zij bestaat uit verschillende kamers met drie rechters, en ook enkele met een rechter (wet van 25 Oct. 1919).

De → kinderrechter is een rechter bij de r. van eersten aanleg, door den Koning speciaal belast met het berechten van jeugdige misdadigers.

De rechtbank van koophandel, samengesteld uit een voorzitter, een of meer ondervoorzitters, en een zeker aantal rechters; allen zijn niet-juristen, en worden door de handelaars en nijveraars bij wijze van verkiezing aangewezen; een referendaris, jurist, die door den Koning benoemd wordt; eindelijk een of meer griffiers. Zij telt een of verschillende kamers samengesteld uit drie rechters en een of verschillende kamers, samengesteld uit een enkelen rechter. Daar waar geen r. van koophandel is, worden de tot haar bevoegdheid behoorende zaken voor de r. van eersten aanleg gebracht. Zie ook → Competentie. V. Dievoet.

C) Voor de kerkelijke rechtbanken zie → Rechtspraak (sub C).