Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 20-03-2019

Paul boncour

betekenis & definitie

Paul boncour - Fransch staatsman; * 4 Aug. 1873 te St. Agnan.

B. studeerde in de rechten en was van 1899—1902 particulier secretaris van minister-president Waldeck-Rousseau. Daarna ging hij tot de socialistische partij over, voor welke hij in de Kamer werd gekozen (tot 1914), werd minister van Arbeid en later gedelegeerde te Genève voor de ontwapening. Daar zijn socialisme sterk nationaal gekleurd was, ondervond B. veel tegenstand van zijn partij. In 1932 werd hij herkozen als zgn. socialistisch republikein; na den val van Herriot door Lebrun belast met de kabinetsformatie, stelde hij ’n ministerie samen van radicale elementen. De omvangrijke financieele plannen echter, die met ’t oog op bezuiniging en nieuwe belastingen door minister Chéron werden voorgesteld, waren ruim een maand later (28 Jan. 1933) aanleiding tot zijn val.

Werken: o.a. Art et Démocratie (1911); Pour la paix du monde (1930).