Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 29-10-2019

Passe

betekenis & definitie

Chrispijn de, graveur en teekenaar; vader van 2° en 3°. * 1564 te Anremuiden, ♱ 1637 te Utrecht. Werkte ook te Antwerpen en Keulen. In zijn gravures, zoowel religieuze als profane, doet hij zich kennen als een der knapste teekenaars van zijn tijd; zijn techniek is scherp en zuiver.

2° Chrispijn de (Jr.), graveur en teekenaar; zoon van 1°. * 1697 waarsch. te Keulen, ✝ na 1670 te Amsterdam. Leerling van zijn vader en werkte geheel in diens trant. Zijn werk valt dan ook niet van dat van zijn vader te onderscheiden. Hij was ook uitgever.
3° Simon de, graveur; zoon van 1°. * 1595, 1647 te Kopenhagen. Leerde bij zijn vader; hij heeft vooral verdienstelijke portretten gegraveerd.

Lit.: v. Wurzbach, Nied. Künstlerlex. Schretlen.