Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 29-10-2019

Paleis

betekenis & definitie

Groote vorstenwoning. De naam komt van den Mons Palatinus te Rome, den heuvel, waarop de caesaren hun woningen bouwden. Het p. komt in het bijzonder tot ontwikkeling in perioden met een sterk centraal vorstengezag; in tegenstelling met de overwegend religieus georiënteerde culturen (Egypte, Griekenland, onze M.E.). Zoo zijn uit de Oudheid belangrijke p. bekend uit Mesopotamië (Assyrië, Perzië), uit Byzantium en uit Voor-Indië.

In West-Europa zijn bekend uit de M.E. enkele keizerpaltsen (→ Palts), maar eerst de Renaissance brengt den paleisbouw tot groote ontwikkeling. Dan ontstaan in Italië de „palazzi” der vele adellijke heerschersfamilies en beginnen de Spaansche en Fransche koningen hun p. te bouwen. Vooral laatstgenoemd land wordt op dit gebied een voorbeeld voor de overige beschaafde wereld in de periode van Barok en Rococo (→ Frankrijk, sub VII A; → Lodewijkstijlen). v. Embden.