1° (cosmogr.) Noordelijk uiteinde van de aardas. Voor de magnetische Noordpool, zie → Magnetische polen.
2° Sterrenk. Een punt, waar de verlengde draaiingsas van de aarde den hemelbol aan den Noordkant snijdt. Een hemellichaam, dat op dat punt zou staan, zou niet aan de dagelijksche schijnbare draaiing van den hemelbol deelnemen.