Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 15-08-2019

Nicolaas Japikse

betekenis & definitie

Ned. historicus. * 29 Nov. 1872 te Joure (Friesl.). Hij promoveerde te Leiden (1900) en werd leeraar in de gesch. te Rotterdam en te Den Haag; directeur van de Rijks Geschiedk.

Publicatiën (1918) en archivaris aan het Koninklijk Huisarchief in Den Haag. Hij bestudeerde vnl.

Johan de Witt en zijn tijd; na den Wereldoorlog ook de betrekkingen tusschen Holland en Duitschland.Werken: o.a. Johan de Witt (1905); samen met Gosses: Handb. tot de staatk. gesch. van Ned. (1920, 21927); Europa en Bismarck’s Vredespolitiek (1925). — Uitg. van Brieven van J. de W. (4 dln. 1906-’13), aan J. de W. (2 dln. 1919-’22); Resolutiën van de Staten-Generaal. Willaert.