Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 16-10-2019

Na-Scholastiek

betekenis & definitie

heet de Scholastieke wijsbegeerte van de Renaissance, waarin naast het Thomisme ook Scotisme en Ockhamisme van de ➝ Laat-Scholasstiek een voortzetting vinden, alsmede die van de 17e en 18e eeuw. Nieuwe problemen worden gesteld en opgelost op het gebied van rechts- en staatsphilosophie.

Overigens is de belangstelling voor de wijsbegeerte om haarzelfswil in de Kath. scholen gering, en dient deze slechts tot ontvouwing en verklaring van de geloofsleer. De N. kon zich van de verouderde natuurwetenschap niet tijdig losmaken en verloor daardoor geleidelijk het contact met wetenschap en cultuur.

Zij is ten slotte in den strijd met het Cartesianisme vrijwel ten onder gegaan. Zie ook ➝ Hoog-, ➝ Laat- enNeo-Scholastiek.De N. heeft vooral in Spanje gebloeid. ➝ Cano, ➝ Vitoria, ➝ de Soto, ➝ Bañez, ➝ Suarez. In Italië treden vooral ➝ Cajetanus en ➝ Bellarminus op den voorgrond. Van de latere commentatoren van St. Thomas is ➝ Joannes a S. Thoma het meest bekend.

Lit.: F. Sassen, Nieuwere Wijsbegeerte tot Kant (1933).

F. Sassen.