Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 25-07-2019

Evangelische Alliantie

betekenis & definitie

Evangelische Alliantie - unie van Protestanten uit alle kerkformaties, oorspronkelijk tot afwering van het Roomsch Katholicisme en Puseyisme. In 1845 opgericht door Th.

Chalmus van de Vrije Kerk in Schotland (➝ Groot-Brittannië). Hoogtepunt in Ned. in de 5e alg. vergadering te Amsterdam, 18-27 Aug. 1867 (met Van Oosterzee en Groen van Prinsterer als sprekers).

Al spoedig verslapping na de intrede van prof. Hofstede de Groot, vader der ➝ Groninger richting.

Dr. Kuyper sprak den secretaris van het Centraal Bestuur, generaal Field, in 1883 openlijk zijn misnoegen uit, wijl de E.A. het „Schriftgezag” aantastte.

De E.A. verdween in Ned. geheel, toen het Engelsche Hoofdbestuur niet geneigd was, de zaak der Transvaalsche Boeren te bepleiten bij de Eng. regeering. In 1907 werd echter door ds.

L. W.

Bakhuizen v. d.

Brink weer een Ned. afdeeling gesticht.

De E.A. oriënteert zich tegenwoordig weer meer anti-Roomsch. Ze organiseert elk jaar een „Week der Gebeden”.Lit.: Verslagen der Alg. Verg.; T. M. Looman, Stukken betreffende het proces der Madiaï’s (1852); D. P. D.

Fabius, De Christelijke Staat (106-114); M. Cohen Stuart, Gedenkboek zesde alg. Verg. in Amerika (1873).

Lammertse.