Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 05-06-2019

Element

betekenis & definitie

1° Wijsgeerig is een e. dat stoffelijk ding, hetwelk op geen enkele wijze in andere stoffelijke zelfstandigheden meer kan gesplitst worden.

2° Meetk. De e. van een driehoek, veelhoek, drievlakshoek of veelvlakshoek zijn hun zijden en hoeken.
3° Scheik. E. zijn stoffen, waarvan de moleculen uit één soort atomen bestaan. Er zijn er 92. Zij worden gerangschikt volgens hun atoomnummer in het zie periodiek systeem. Hieronder volgt een tabel van de voornaamste elementen met eenige gegevens; in de 5e kolom zijn opgenomen de smeltpunten in graden Celsius; in de 6e kolom de kookpunten in graden Celsius bij 1 at druk; in de 7e kolom de atoomwarmten in calorieën per graad bij kamertemperatuur, tenzij anders vermeld; in de 8e kolom de s.g. bij kamertemperatuur, voor de gassen (aangegeven door *) het litergewicht bij 0° C en 1 at.

Naam Sym bool Atoomnummer Atoomgewicht Smelt punt Kook punt Atoomwarmte i £ “o c Aluminium Al 13 27,0 660 1950 5,8 2,7 Antimoon Sb 51 121,8 630 1380 6,0 6,7 Argon A 18 39,9 -189 -186 5,07 1,8* Arseen As 33 75,0 814 — 6,2 5,7 Barium Ba 56 137,4 850 1140 — 3,5 Beryllium Be 4 9,0 1278 — 3,9 1,8 Bismuth Bi 83 209,0 271 1450 6,1 9,8 Borium B 5 10,8 2300 2550 3.31) 2 Broom Br 35 79,9 —7 59 6,7 a) 3,1 Cadmium Cd 48 112,4 321 767 6,7 8,6 Caesium Cs 55 132,7 28 670 — 1,8 Calcium Ca 20 40,1 809 1170 6,2 1,6 Chloor Cl 17 35,5 —102 -35 6,7 3) 3,2* Chroom Cr 24 52,0 1615 2200 5,5 7,1 Cobalt Co 27 58,9 1480 2900 5,9 8,9 Fluoor F 9 19,0 —223 —187 — 1,7* Germanium Ge 32 72,6 958 — 5,6 5,5 Goud Au 79 197,2 1063 2600 6,1 19,3 Helium He 2 4,0 —272 —269 0,18* Iridium Ir 77 193,1 2350 — 6,1 22.4 Jodium J 53 127,0 114 184 6,9 4,9 Kalium K 19 39,1 62 760 6,9 0,9 Koolstof C 6 12,0 3500 4200 2,0 2,3 grafiet Koper Cu 29 63,6 1083 2300 5,9 8,9 Krypton Kr 36 82,9 —169 —152 — 1,9* Kwik Hg 80 200,6 —39 357 6,7 4) 13,6 Lithium Li 3 6,9

207,0 186 1200 6,6 0,5

Lood Pb 82 328 1620 6,3 11,3 Magnesium Mg 12 24,3 651 1110 6,0 1,7 Mangaan Mn 25 54,9 1260 1900 6,7 7,2 Molybdeen Mo 42 96,0 2620 3700 6,2 10,2 Natrium Na 11 23,0 98 880 6,8 0,97 Neon Ne 10 20,2 —249 -246 — 0,9* Xikkel Ni 28 58,7 1452 2900 6,2 8,9 Niton Nt 86 222,0 —71 —65 — Osmium Os 76 190,9 2600 — 5,9 22,4 Palladium Pd 46 106,7 1549 — 6,3 11,9

i) Bij 400°: 6,4. a) Beneden —7°. 3) Bij —113°. 4) Bij —40°.

Naam Sym bool Atoomnummer Atoomgewicht Smelt punt Kook punt s§ o g 2 £ < S Soortelijk gewicht Phosphort P 15 31,0 44

590 280 6,5
5,7 1,8

geel

2,3

violet Platina Pt 78 195,2 1755 4300 6,3 21,5 Radium Ra 88 226,0 700 — — — Rubidium Rb 37 85,4 39 696 zie — Seleen Se 34 79,2 217 690 6,3 — Silicium Si 14 28,1 1420 2600 6,0 2,4 Stikstof N 7 14,0 —210 -196 5,55) 1,3* Strontium Sr 38 87,6 800 1150 — 2,6 Telluur Te 52 127,5 450 1390 6,8 6,2 Thallium Tl 81 204,4 303 1306 6,7 11,8 Thorium Th 90 232,1 1690 — 6,2 11,2 Tin Sn 50 118,7 232 2260 6,4 7,3 Uraan U 92 238,3 1350 — 6,5 18,7 Vanadium V 23 51,0 1715 — — — Waterstof Ii 1 1,0 —259 -253 0,66) 0,09* Wolfraam W 74 184,0 2900 — 6,1 18,7 Xenon X 54 130,2 —140 -108 — Ijzer Fe 26 55,8 1535 3000 6,0 7,9 Zilver Ag 47 107,9 961 1950 6,0 10,5 Zink (Zn 30 65,4 419 907 6,1 7,1 Zuurstof O 8 16,0 —218 -183 5,4 1,4* Zwavel S 16 32,1 119 445 5,7 monoklien

2,1

rhombisch

*) Bij —212°. 6) Bij —261°. Ausems



4° Techn. Electrisch of galvanisch e., stroombron, die chemisch arbeidsvermogen in electrisch omzet. Plaatst men een koperen een zinkplaat (zgn. geleiders van de eerste soort) in verdund zwavelzuur (zgn. geleider van de tweede soort), dan ontstaat een potentiaalverschil tusschen koper en zink, dat, bij verbinding van die metalen door een draad, electrischen stroom veroorzaakt. Het aldus samengestelde element, het e. van Volta (1800), dat het principe der e. duidelijk demonstreert, heeft dit nadeel, dat het geen constanten stroom levert tengevolge van polarisatie (de stroom ontleedt nl. het zwavelzuur en veroorzaakt daardoor afzetting van de waterstof en de koperplaat, wat weer het potentiaalverschil beïnvloedt). Bij practisch bruikbare elementen dient dus steeds een depolarisator toegepast te worden. Een voorbeeld van een depolarisator is het kaliumbichromaat, dat, in gering quantum aan het zwavelzuur toegevoegd, de gevolgen der polarisatie opheft, en wel door de oxydeering te bewerken van de op de koperplaat afgezette waterstof. Zoo vond

→ Daniell de vlg. oplossing. Hij plaatste de koperelectrode in een poreuzen pot, dien hij vulde met een kopersulfaat-oplossing, welke door de waterstof in metalliek koper werd omgezet. Dit koper zette zich op de koperelectrode af, waardoor dus het potentiaalverschil gelijk bleef.

De elementen (behalve de genoemde, o.a. nog van → Bunsen, Grave, Meidinger; het chroomzuurelement) hebben vrijwel geheel plaats gemaakt voor den → accumulator. Wel worden nog zgn. droge elementen gebruikt.

Het droge element. Dit is meestal het Leclanché-element ( zie Leclanché) in drogen vorm. Door toevoeging van stoffen als zaagsel wordt de vloeistof (hier een salmiak-oplossing) tot een dikke brij gemaakt. Met deze brij wordt een zinken cylinder gevuld. Er midden in plaatst men de als positieve pool werkende koolstaaf. Dergelijke droge elementen vinden toepassing bij zaklantaarns, electr. bellen en bij radio.

Normaalelementen dienen als standaard voor het nauwkeurig meten van electromotorische krachten. Zij dienen weinig beïnvloed te worden door temperatuurwijziging. Aan dezen eisch beantwoordt het normaal-kadmium-element van → Weston.