Deviezenhandel - handel in buitenlandsche betaalmiddelen, in het bijzonder cheques, wissels, uitbetalingen, coupons in vreemd geld en bankpapier. Deze handel is vrijwel geheel geconcentreerd bij de banken.
Transacties rechtstreeks tusschen aspirantkoopers en -verkoopers komen zelden voor wegens de daaraan verbonden moeilijkheden met betrekking tot het bedrag, den vorm, de plaats en het tijdstip van beschikbaarstelling. Zoo zullen bijv. verkoopers wissels met langen looptijd te verkoopen (verdisconteeren) hebben, terwijl koopers cheques wenschen. De banken nu scheppen door het koopen van buitenlandsche betaalmiddelen in verschillende vormen een tegoed in het buitenland, waarover zij kunnen beschikken tot bedragen en in vormen, welke ze zelf verkiezen. Zoodoende kunnen ze aan elke aanvraag van hun cliënten voldoen. Mocht op een gegeven oogenblik het tegoed uitgeput zijn, dan kunnen ze óf bij andere banken óf op andere markten de gevraagde deviezen koopen of op grond van een crediet in het buitenland deviezen af geven.
Om den handel in deviezen te vergemakkelijken, hebben de banken bepaalde organisaties in het leven geroepen. Zoo vindt men te Amsterdam en te Rotterdam een beurs, waar elken dag gedurende een bepaalden tijd gelegenheid bestaat buitenlandsche cheques en wissels te verhandelen. Daarnaast bestaan in beide plaatsen makelaarskantoren, waar den geheelen dag tijdens de kantooruren zaken kunnen gedaan worden. De meeste transacties worden telefonisch afgesloten. De koersen, waartegen ze worden gedaan, geven in Nederland als regel den prijs aan per 100 eenheden vreemd geld. Noteert een bank bijv.: cheque Berlijn bieden 59,10, laten 59,16, dan beteekent dit, dat de bank cheque Berlijn koopt voor 59,10 gld. per 100 r. m. en verkoopt voor 59,16 gld. per 100 r. m. Cheques in p. st. en in dollars worden genoteerd per één p. st. en per één dollar.
In tijden van groote koersschommelingen is het een eisch van voorzichtig beleid, dat de bank zorg draagt, elken dag haar posities glad te stellen, d.w.z. alle gekochte deviezen verkocht en alle verkochte deviezen gedekt te hebben. Het niet in acht nemen van dezen eisch opent weliswaar eenerzijds de mogelijkheid van groote winsten, doch biedt anderzijds kans op groote verliezen.
Vóór den Wereldoorlog kwamen de koersen tot stand onder de vrije werking van vraag en aanbod in verband met den stand van de handels- en betalingsbalans. Deze koersen konden, doordat in- en uitvoer van goud vrij was, voor landen, welke hun geldstelsel op het goud gebaseerd hadden, zekere grenzen naar boven en naar beneden niet overschrijden. → Goudpunten Sindsdien is een en ander in verschillende landen gewijzigd. In het bijzonder sinds ca. 1931 ziet men in een toenemend aantal landen, dat de Overheid in de vrije prijsvorming ingrijpt en het deviezenverkeer met één, meer of alle landen in meerdere of mindere mate controleert en regelt. Ook in Ned. heeft de regeering zich in het algemeen belang genoodzaakt gezien, zich met het deviezenverkeer te bemoeien.
→ Deviezenclearing.
Witsenboer.
