Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 20-03-2019

Bohuslan

betekenis & definitie

Bohuslan - Landschap aan de W. kust van Zweden, 4 381 km2 groot, met ong. 164 000 inw. Het is een uitlooper van de Z.O. helling van het Skandinavisch plateau en vormt een drempel tusschen het Skager Rak en de 40—50 m hooge vlakte van Vastergötland in het O. Het granietgebied van de Noorsche grens tot Uddevalla is een golvend plateau met ronde vormen, terwijl het Z. gneisgebied meer versneden is.

Op de vlakkere deelen dringt de N. fjallnatuur hier ver naar het Z. De dalen zijn met moreene, zand en klei gevuld, die naar buiten tot kleine vruchtbare vlakten samengroeien. Door intensieven landbouw is het een dicht bewoond gebied. Ook de scheren vóór de kust zijn goed bewoond: de havens zijn uitgangspunten van een drukke visscherij, terwijl vooral de buitenste eilanden veel bezochte badplaatsen hebben. De Noorsche invloed is er sterk, doordat B. eerst sedert 1658 voorgoed tot Zweden hoort.

Vanaf dien tijd is B. ook als doorgangsland van belang. De stad aan den mond der grootste rivier, Göteborg, kreeg ook de grootste beteekenis. fr. Stanislaus