Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 20-03-2019

Bezwering

betekenis & definitie

Bezwering - (Lat. adiuratio) noemt men het aanwenden van den naam van God, de H. Maagd Maria, een engel of een heilige (soms ook van een heilige zaak), om iemand er toe te bewegen iets te doen of te laten. B. verschilt van den eed onder drievoudig opzicht: bij den eed doet men beroep op God om de waarheid van een gezegde of een belofte te bevestigen, terwijl bij de b. beroep wordt gedaan op God om een bede of een bevel kracht bij te zetten; bij den eed wordt God aangeroepen als getuige, bij de b. als samen met ons vragend of gebiedend; bij den eed wordt God beschouwd als de oneindige waarheid, bij de b. als voorwerp der vereering, liefde of vrees in hem tot wien men zich richt, om hem daardoor te bewegen ons verzoek in te willigen of ons bevel uit te voeren.

Men onderscheidt de smeekende en de gebiedende b., naarmate men den naam van God of van personen en zaken inroept om ófwel enkel een verzoek ófwel een bevel kracht bij te zetten. Voorbeelden van smeekende b.: de H. Paulus aan de Romeinen: „Ik bid u dan, broeders, bij de goedertierenheid van God, dat gij uw lichamen als een levend, heilig en Gode behaaglijk offer opdraagt” (Rom. 12. 1); de H. Kerk, die haar gebeden eindigt met de woorden: „door Jesus-Christus onzen Heer”. Voorbeelden van gebiedende b.: de hoogepriester tot Jesus: „Ik bezweer U bij den levenden God, dat Gij ons zegt of Gij de Christus zijt, de Zoon Gods” (Mt. 26. 63).

De bijzondere kracht der b. is hierin gelegen, dat de persoon, tot wien men zich wendt, door zijn liefde tot God, vereering of vrees, aangespoord wordt om het verzoek of het gebod te vervullen, en dat God om bijstand gebeden wordt (wanneer men bijv. tot God bidt in den naam van Jesus, de H. Maagd of de Heiligen).

B. is een daad van godsdienstigheid; daardoor immers belijdt men de eerbiedwaardigheid van Gods naam. Zij is dan ook toegelaten, wanneer de vereischte voorwaarden, rechtvaardigheid en oordeel, verwezenlijkt zijn. Rechtvaardigheid: hetgeen men wil bekomen, moet geoorloofd zijn; oordeel: men moet een voldoende reden hebben, het moet gaan om een zaak, die de moeite waard is. Voor de plechtige b., in naam der Kerk, zijn bijzondere voorwaarden vereischt (➝ Exorcisme).

Mits de vereischte voorwaarden aanwezig zijn, is het toegelaten zijn onderdanen op smeekende en op gebiedende wijze te bezweren. God, de heiligen en zijn oversten mag men enkel op smeekende wijze bezweren De duivel mag niet op smeekende wijze bezworen worden; op gebiedende wijze mag men hem bezweren om hem te beletten kwaad te doen, echter niet om een voordeel van hem te bekomen (➝ Duivelbezwering; ➝ Exorcisme). De niet-redelijke schepselen mogen niet rechtstreeks en in zichzelf beschouwd bezworen worden, omdat dit tot niets kan dienen, maar wel onrechtstreeks, in zoover zij door anderen bestuurd worden en men zich tot God en Zijn Heiligen richt om te bekomen, dat zij ons mogen helpen door het aanwenden van die zaken, of tot den duivel, om hem te bezweren er zich niet van te bedienen tot ons nadeel.

Lit.: S. Thomas, Summa theologica (Ila Ilae, q. 90); Suarez, De religione (uitg. Vives, XIV Parijs 1859, tract. 5 l. 4): verder al de tractaten van moraaltheologie, meer in het bijzonder J. B. Wirthmüller, Die Tugend der Religion (Freiburg 1881).