Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 02-02-2019

Aloë

betekenis & definitie

Aloë - struik- of boomachtige vetplant met dikke, vleezige bladeren in rosetten en groote, eindstandige, aarvormige bloeiwijzen. Vsch. soorten als sierplant. De a. behoort tot de fam. der lelieachtigen.

Ong. 170 soorten in de savannen en bergen van O. en Z. Afrika. Men geeft dikwijls den naam a. aan de agave. Robijns.

Het bittere sap der bladeren van eenige soorten wordt in de geneeskunde voor laxeermiddelen gebruikt (Aloë-tinctuur. Het wordt verkregen door indampen van het sap, gevloeid uit de doorgesneden bladeren. Het bevat anthraglucosiden.

L i t.: Ned. Pharm. (V); Commentaar Ned. Pharm. (V, II, 54, 1928). Hillen.