republiek in Z.-Amerika, telt ca. 5,5 millioen inwoners, van wie 94 pct. Kath., 0,3 pct.
Prot. en 5,7 pct. andersdenkenden. Nog ca. 70 pct. der bevolking is analphabeet.
De missionnering begon reeds in het begin der 16de eeuw, doch had eerst in de 17de eeuw succes. Thans is Venezuela een zeer rijk land (dank zij vooral de petroleum) met een zeer arme bevolking, een bijna geheel katholieke bevolking, die echter door een schromelijk tekort aan priesters aan een geestelijke bloedarmoede lijdt.
Door het grote aantal onwettige geboorten en frequente echtscheidingen wordt het gezinsleven sterk belemmerd: het geringe aantal priesterroepingen (er is 1 priester op 10000 gelovigen) is hiervan mede het gevolg. Het officiële onderwijs is het openbare, dat min of meer vijandig staat tegenover de Kerk.
Wel neemt het aantal katholieke scholen toe. Al laat de geloofsbeleving veel te wensen over, bijna alle gedoopten vragen om de laatste H.H.
Sacramenten. Een groter aantal ijverige priesters zou het geloof, waaraan deze mensen innerlijk trouw blijven, tot sterkere beleving kunnen brengen.
De kerkelijke indeling omvat 2 aartsbisdommen (Caracas en Merida), 8 bisdommen en 3 apostolische vicariaten. c. v. D.
