Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

Gepubliceerd op 02-01-2020

SECULIERE INSTITUTEN

betekenis & definitie

zijn volgens de definitie van Pius XII genootschappen van priesters of leken, die de Evangelische Raden in de wereld beleven, met het doel de christelijke volmaaktheid te verwerven en het apostolaat ten volle uit te oefenen. Wijl de leden niet de drie publieke, als zodanig door de Kerk aanvaarde, kloostergeloften (zie Geloften) afleggen en geen gemeenschappelijk leven behoeven te leiden, d.i. niet onder één dak behoeven te wonen, zijn zij onderscheiden van de kloosterlingen (zie Kloosterwezen) en vormen zij ook geen „genootschappen met gemeenschappelijk leven zonder geloften”.

Toch zijn zij sinds de Apostolische Constitutie „Provida Mater” van 2 Febr. 1947 een officieel erkende staat van volmaaktheid; de leden zijn tot op zekere hoogte door eed, private gelofte of belofte gehouden tot het volgen van de Evangelische Raden, en daardoor onderscheiden zij zich van de gewone vrome verenigingen van gelovigen.De seculiere instituten danken hun eerste ontstaan aan de moeilijkheden, welke in het begin van de 19de eeuw aan de oosterlingen in de weg werden gelegd; de Evangelische Raden in de wereld belevend, behield men het wezenlijke van het kloosterlijke volmaaktheidsstreven en kon men tegelijk apostolaat en liefdewerken met groter vrijheid beoefenen. De ervaring bewees de deugdelijkheid en vruchtbaarheid van de nieuwe instellingen, zodat in onze eeuw steeds meer van deze instituten werden opgericht, meest uit apostolische overwegingen. Zij bleken nl. bij uitstek geschikt om de huidige maatschappij in al haar geledingen van een christelijke gedachte te doordringen. J. N.