Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

Gepubliceerd op 02-01-2020

HEILIGENVERERING

betekenis & definitie

Het brengen van religieuze eerbewijzen aan heiligen geschiedt op grond van het feit, dat zij uit de kracht van Christus’ verlossingswerk vol waren van de H. Geest, die in hen een meestal gestadige groei in geloof en in liefde bewerkte, en dat zij onder zijn beleid tot de glorie des hemels gekomen zijn.

De geoorloofdheid van deze verering is katholieke geloofsleer (Denz. 984), waarvoor reeds inschriften van de catacomben pleiten. Haar zin en daarmede haar betrekkelijke noodzakelijkheid heeft zij als lofprijzing van de vruchtbaarheid van Christus' heilswerk, die immers in de heiligheid der heiligen tot openbaring komt.

Zo hebben de heiligen alleen maar waarde in hun vitale verhouding tot Christus en is de heiligenverering geen afleiding van, maar een heenleiding naar Hem. Bij Christus zelf spreken wij niet van heiligenverering.

Christus wordt aanbeden, daar Hij God is. De heiligen vereert men en roept men ook aan (om hun voorspraak), in welke aanroeping overigens ook een verering ligt besloten.De verering mag ook uitgaan naar de relikwieën van heiligen en naar hun afbeeldingen, waarbij deze zaken niet geïsoleerd mogen worden van de personen, evenmin als deze personen geïsoleerd mogen worden van Christus. Oorspronkelijk werden de afbeeldingen (schilderingen, pas later ook beelden) vooral als leermiddelen gebruikt; geleidelijk aan ging men tot eigenlijke verering over, waarbij het Oosten voorging: Johannes Damascenus, concilies van Nicea (787) en van Constantinopel (869) en het Westen ietwat aarzelend volgde (Denz. 986, 1669). De gehele heiligenverering behoort binnen de sfeer van het geloofsgeheim te blijven, want al weten wij door een heiligverklaring dat een bepaalde persoon zeker bij God is, van de meeste afgestorvenen weten wij het niet zeker. Van de andere kant geschiede de verering in groot vertrouwen, gezien het bovenstaande en gezien ook de algemene leer omtrent de gemeenschap der heiligen (zie ook Martelarenverering). A. H.

M./J. c. G.

< >