Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

Gepubliceerd op 02-01-2020

HAAT

betekenis & definitie

is een daad of toestand waarin we iets of iemand waarderen als een kwaad. Omdat onze kennis van God niet volmaakt is, kunnen we ertoe komen God te haten, ofwel in zover men kwaad van Hem meent te moeten duchten of verduren (haat van afschuw), ofwel in zover men van Hem als Persoon afkeer heeft en Hem kwaad toewenst (haat van vijandschap).

In beide gevallen wendt men zich rechtstreeks af van God en begaat men de grootste zonde.In de naaste en zichzelf moet men de zonde haten, zoals God dat zelf doet. Ook het voor ons en anderen nadelige mogen we haten, doch niet meer dan het verdient en ervoor wakend dat het geen haat van iets goeds of van de persoon wordt. Dit laatste is op zich doodzonde (1. Jo. 3 : 15; Gal. 5 : 20-21), doch kan kleinere zonde zijn, wanneer het slechts een lichte afkeer of de toewensing van een gering kwaad betreft. Zodra iemand echter wordt gehaat om iets dat zijn Kindschap Gods betreft, gaat men rechtstreeks tegen de bovennatuurlijke liefde in, hetgeen altijd doodzonde is en vermeld wordt onder de zonden tegen de H. Geest.

Waar slechts sprake is van een onvoldoende beheerste en niet vrij opgeroepen of aanvaarde zinnelijke antipathie, zal slechts kleinere zonde aanwezig zijn. Christelijke geest eist echter vergevensgezindheid, barmhartigheid en liefde tot voor vijanden toe. A. V. R.