Jules Grandgagnage

Schrijver op Ensie

Gepubliceerd op 12-02-2018

Sociaal contract

betekenis & definitie

Het sociaal contract verwijst naar een toestand van een mens in de moderne maatschappij waarin hij een deel van de vrijheden die hij in zijn 'natuurstaat' bezat stilzwijgend wil afstaan in ruil voor een meer beschermd bestaan. Voornaamste auteurs: Thomas Hobbes, John Locke, Jean-Jacques Rousseau en John Rawls.

Thomas Hobbes stelde in 'Leviathan' (1651) dat de 'natuurlijke toestand' van de mens een toestand van voortdurende oorlog was, die pas eindigde toen de mensen bereid waren hun persoonlijke vrijheid op te geven en in handen te geven van een soeverein.

Waar Hobbes in zijn ''Leviathan'' gepleit had voor een bijna absoluut gezag, argumenteerde John Locke dat alle acties van de staat slechts gelegitimeerd konden worden vanuit het algemeen belang. Locke was er ook van overtuigd dat mensen in een samenleving het 'juiste' zouden doen en dat alle mensen beschikten over natuurlijke rechten.

Jean-Jacques Rousseau's "Contrat social" (1762) stelde dat de mensen in hun presociale natuurstaat vredelievend en timide waren. Het ontstaan van wetten was volgens hem terug te voeren op het feit dat die mensen een deel van hun individuele vrijheid wilden inleveren in ruil voor meer bescherming. Derhalve diende een regering gebaseerd te zijn op de wil van de geregeerden, de "volonté générale". Dit hield ook in dat een regering niet door macht alleen gelegitimeerd mocht zijn.

John Rawls stelde in In ''A Theory of Justice''(1971) een soort gedachte-experiment voor waarbij rationele mensen zich moesten voorstellen dat ze zich in een hypothetische 'original situation' bevonden. Daarbij worden ze verondersteld geen weet te hebben van hun toekomstige positie in de maatschappij en vanuit die positie stellen ze dan een 'sociaal contract' op. Door op die manier vanachter een 'veil of ignorance' de principes van een rechtvaardige samenleving op te stellen, zou gewaarborgd worden dat ieders rechten gevrijwaard bleven