('schro:mən) (schroomde, heeft geschroomd)
1. vrezen : moedertrouw schroomt geen gevaren.
2. het niet aandurven : hij schroomde geld aan te nemen. Syn. ➝ aarzelen.
3. bang zijn : voor de gevolgen -.
Gepubliceerd op 18-02-2020
betekenis & definitie
('schro:mən) (schroomde, heeft geschroomd)
1. vrezen : moedertrouw schroomt geen gevaren.
2. het niet aandurven : hij schroomde geld aan te nemen. Syn. ➝ aarzelen.
3. bang zijn : voor de gevolgen -.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: