Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

linker

betekenis & definitie

[➝ link]

I. bn. [ter linkerzijde]
1. aan de zijde waar men het hart voelt kloppen: zijn rechterbeen over het slingeren.

Tgst. rechter.

2. verkeerd.

II. v. linkerhand: hij hield het boek in de -.

III. m. (-s) W.g.

1. bedrieger, valsaard.
2. guit, slimmerd.

Opm. Linker (I 1) vormt met een groot aantal zelfstandige naamwoorden koppelingen en wordt daarmee zogoed als altijd aaneengeschreven: linkerader, linkerbil, linkerdeel enz.

< >