Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

handeling

betekenis & definitie

(‘handəling) v.(-en) het → handelen nl.

A.(1) Veroud. bedrevenheid, handigheid.
B.(2)
I. Eig.
1. Algm. daad, verrichting: een onrechtmatige ; onvriendschappelijke -, vijandige daad (diplomatieke term). Syn. → bedrijf.
2. Inz. daad waarbij een overeenkomst wordt aangegaan : een ter beurze sluiten; voor gemene rekening, om gemeenschappelijk winst te behalen.

II. Metn.

1. wijze van doen : er is in deze zaak, maar zij is van een ongemene soort.
2. Ton. afwisseling, beweging in het handelen der personen : dat toneelstuk heeft -; er is in die roman; eenheid van -, eis dat er in een drama slechts een hoofdhandeling, derhalve slechts een hoofdpersoon wezen zal.
C. (7)
1. Eig. bespreking : de -en van een kongres.
2. Metn. verslag daarvan.