Tika-taka voetbal is een uit het Spaans afkomstige term waarbij de bal op een snelle en aanvallende manier wordt rondgespeeld. Het doel van tiki-taka voetbal is om op attractieve wijze tot scoren te komen. Johan Cruijff wordt in Spanje als grondlegger van deze speelwijze gezien.
Tijdens het WK voetbal van 2006 in Duitsland kwam Spaans commentator Andrés Montes voor het eerst met deze term. Het snelle aanvallende spel van Spanje zorgde voor veel passes over een korte afstand, waardoor het geluid: (Tik,tik,tik.) onstaat en het tiki-taka voetbal geboren werd.
Door het vernieuwende snelle samenspel is er bij tiki-taka voetbal minder aandacht voor tactische benaderingen en opstellingen. Op deze manier zou er een méér aanvallende en swingende manier van voetballen ontstaan in vergelijking met daarvoor.
Het FC Barcelona van Pep Guardiola (2008-2012) werd als meester van het tiki-taka voetbal gezien. In deze periode domineerde FC Barcelona het internationale topvoetbal door middel van deze speelwijze.
Het hoogtepunt van het tiki-taka voetbal van FC Barcelona vond plaats op 29 november 2010. In de wedstrijd tegen aartsrivaal Real Madrid demonsteerde FC Barcelona een tiki-taka aanval met 21 balcontacten binnen een minuut. Verschillende media definieerde tiki-taka vanaf dat moment als “een oneindige combinatie”.
Ook het nationale voetbalteam van Spanje domineerde de grote voetbaltoernooien door gebruik van deze speelwijze. Tijdens deze periode (2008-2012) won het Spaanse elftal alle grote toernooien.
