Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

Gepubliceerd op 05-12-2019

Oudere jongeren

betekenis & definitie

Windsurfers zijn meestal tussen de 16 en 30 jaar oud. Maar er schuilen ook oudere jongeren onder hen. Die doen het wat rustiger aan. (NRC 31-3-1998)

Op 10 november 1985 besloot Koos Koets dat het zo niet langer ging. Koos was 36, hij was cool, maar hij merkte dat er met mensen zoals hij onvoldoende rekening werd gehouden. Daarom maakte hij een aanplakbiljet waarop stond:

Oproep
Aan alle
Oudere jongeren
Vind jij ook
Dat er wat
Moet gebeuren?
Neem dan kontakt op met
Koos Koets
Bavinkstraat 7 Juinen.

Koos kreeg vrijwel meteen bijval van Robbie Kerkhof, een schitterend typetje van Wim de Bie. Robbie, een hyperbeweeglijke jongen met een soldatenjas en een gebit als een kerkhof, voelde zich onmiddellijk aangesproken door de term oudere jongeren. Ook hij is 36, en samen richten ze de stichting Morekop op, om activiteiten voor oudere jongeren te gaan organiseren.

Het symbool van de stichting is een grote plastic moorkop die ze even van een banketbakker mochten lenen, maar de naam moet worden uitgelegd als: more (het Engelse ‘meer’) in het koppie. Méér dan jongere jongeren, van wie ze zich willen onderscheiden. Op het laatst stelt Koos voor om als motto op het briefpapier van de stichting de bekende openingszin van Nescio’s Titaantjes ‘jongens waren we maar aardige jongens’ te veranderen in ‘jongens zijn we, maar aardige oudere jongens’. Dit maakt meteen duidelijk door wie Van Kooten en De Bie zich lieten inspireren (én het verklaart het adres van Koos in Juinen, want Bavink is een van de hoofdpersonen in Titaantjes).

Het filmpje over de oudere jongeren maakte veel indruk. De volgende dag schreef Leonard Ornstein in de NRC: ‘Ook Koot en Bie’s nieuwste creatie “oudere jongeren” (36-plussers) mag wat mij betreft terugkomen. Koos Koets en Robbie Kerkhof van de Stichting Morekop maakten althans overtuigend duidelijk dat er iets voor deze groep moet gebeuren. Want het leven valt niet mee als je altijd jong wilt blijven, nog lange haren hebt en te oud bent voor het CJP, maar te jong voor de 65-plus kaart.’

Ook elders werd het probleem serieuzer genomen dan Van Kooten en De Bie zullen hebben voorzien. Zo werd in Wormerveer een paar maanden later een avond voor oudere jongeren georganiseerd. De plaatselijke krant schreef hierover: ‘Natuurlijk kon men er op wachten na de introductie door Van Kooten en De Bie. “Ons Huis” te Wormerveer start een “oudere jongeren”-groep, voor gezellige avonden waar tijd is om andere mensen te ontmoeten, muziek te draaien en te praten over dingen die je bezig houden.’ Frits Spits gebruikte de aanduiding op de radio, en de Amsterdamse politie liet weten oudere jongeren te willen werven.

Voor Koos Koets en Robbie Kerkhof was er dus alle reden om terug te komen. Zij deden dat in april 1986 met een korte film waarin ook zij een avond voor oudere jongeren organiseerden. Koos liet trots enkele knipsels zien waaruit bleek dat de aanduiding oudere jongeren inmiddels algemeen werd gebruikt.

Uit die knipsels bleek ook dat er nogal wat onduidelijkheid bestond over de exacte leeftijd van de oudere jongeren. Koos en Robbie waren allebei 36, maar volgens hen waren oudere jongeren ‘ergens boven de 25’. Dat zeiden ze tenminste in de eerste uitzending. Maar in november 1986 werd dit bijgesteld. De VPRO-gids plaatste toen een gefingeerd vraaggesprek van Koos en Robbie met doctorandus Van Velzen. Van Velzen had vastgesteld dat er veel misverstanden heersten over de term ouderejongeren. Hij wilde dat rechtzetten in zijn proefschrift Een Socio-Numerologiese Poging Tot Nominale Indexatie Van Leeftijden Binnen Het Koninkrijk der Nederlanden. Volgens hem moesten kinderen van 0 tot 10 jaar jongste jongeren worden genoemd. Daarna volgden:

10 tot 20 jongere jongeren
20 tot 30 gewone jongeren
30 tot 40 oudere jongeren
40 tot 50 oudste jongeren of jongste ouderen
50 tot 60 jongere ouderen
60 tot 70 gewone ouderen
80 tot 90 oudste ouderen
90 tot 100 oudste oudsten.


Helaas, het baanbrekende werk van Van Velzen heeft niet mogen baten, want de kranten maken er nog altijd een potje van. Alleen al in 1998 is oudere jongeren gebruikt voor jongeren ‘van vijftien tot negentien’, ‘van achttien tot vijfentwintig’, ‘tot vijfentwintig’, ‘boven de vijfentwintig’, ‘van vijfentwintig tot veertig jaar’ en voor jongeren ‘van dertig tot veertig jaar’. Let wel: het ging hier om serieuze berichten, waarin oudere jongeren als een algemeen erkend sociologisch begrip werd opgevoerd (zo schreef Het Parool bijvoorbeeld ‘In de categorie oudere jongeren (tot 25 jaar) springen vooral de Antillianen er uit met criminaliteit’). Voor woordenboekmakers is dit iets om gek van te worden en dat kan de reden zijn dat de Grote Van Dale oudere jongeren zonder enige toelichting heeft opgenomen. Elders wordt oudere jongere verklaard als ‘veertiger die zichzelf nog steeds als jong beschouwt’.

Marcel van Dam, Wim Deetman, Ed van Thijn, Jos van Kemenade, Wim Meijer, Jo Ritzen, Bram Peper en ‘de vele strategen van de PvdA’ zijn in het verleden oudere jongeren genoemd, Paradiso is aangeduid als ‘een poptent voor oudere jongeren’ en er is melding gemaakt van enkele bijzondere categorieën, zoals ‘kortgebroekte Scandinavische oudere jongeren’, ‘rijke oudere jongeren’ en ‘Surinaamse oudere jongeren in de Amsterdamse Bijlmer’. De humor van Mart Smeets en Kees Jansma in Studio Sport is wel ‘oudere jongerenhumor’ genoemd.

De eerste avond voor oudere jongeren van de stichting Morekop liep uit op een fiasco. De hele, eenmalige subsidie van wethouder Hekking ging op aan een keyboard. Dat werd gestolen en er kwam bijna niemand opdagen. Daarom stelde Robbie aan het eind voor om een nieuwe stichting in het leven te roepen, de stichting Theemuts, om activiteiten te gaan organiseren voor jongere ouderen: bejaarden die nog jong van hart zijn. ‘Dan zijn wij een keer de jongste’, aldus Robbie. Opmerkelijk genoeg kom je ook die aanduiding nog zeer geregeld tegen, soms in combinatie met oudere jongeren, maar vaker zelfstandig.

Ook wat dit betreft maken de kranten er overigens een potje van: zij gebruiken de aanduiding - met dezelfde schijnexactheid - voor ‘dertigers en veertigers’, voor ‘mensen tussen de 55 en 62’ en voor ouderen van ‘55 tot 65’. Het Dagblad de Limburger maakte het het bontst: medio september 1997 schreef deze krant: ‘Het selecte groepje jongere ouderen, variërend in leeftijd van 58 tot 75 jaar, inspecteert steevast voor elke thuiswedstrijd de Kepelse grasmat zeer nauwgezet’. En precies tien dagen later: ‘Jongere ouderen (65 tot en met 74 jaar) hebben door de decennia heen iets meer te verteren.’

Het zal duidelijk zijn: het wordt hoog tijd dat doctorandus Van Velzen zijn proefschrift afrondt.

Zie ook Koos Koets en krasse knarren.