Jagersvereniging

Artikelen van de Jagers Vereniging

Gepubliceerd op 27-04-2016

Brandgans

betekenis & definitie

Brandganzen foerageren vrijwel alleen daar waar kort gras beschikbaar is. Opgroeigebieden worden dan ook altijd begraasd door rundvee of halfwilde grazers. Dit komt waarschijnlijk door de afwisseling aan eilanden die als broedhabitat dienst doen terwijl er gefoerageerd kan worden in de omliggende kort-begraasde graslanden, die zeer eiwitrijk zijn.

Broedplaatsen bevinden zich grotendeels op eilanden, maar in Nederland is dit minder strikt dan in eveneens recent gekoloniseerde broedgebieden in Estland en Zweden. Op eilanden zijn ganzen veilig voor landpredatoren zoals de vos. Landpredatoren zijn in Nederland minder van belang dan in deze noordelijke gebieden. Brandganzen die op het land broeden (Noord- en Zuid-Holland) zaten veelal in weilanden tegen slootranden aan. Nesten van brandganzen liggen, net als bij de grauwe gans, in besloten vegetatie (riet, struweel, moerasbos), maar worden daarnaast ook op kale (zand) grond aangetroffen.

Brandganzen komen pas vrij recent als broedvogel voor in Nederland. Het aantal broedparen bedraagt momenteel 9000- 26.0000 broedparen. In de zomer 2014 werden circa 36.000 brandganzen geteld. De aantallen in de winter kunnen oplopen tot meer dan 700.000 exemplaren, vooral in Noord-Nederland en in Zeeland.