Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 31-10-2023

BEILEN

betekenis & definitie

dat, als het grootste en voornaamste, zijnen naam aan het Dingspil gegeeven heeft. Het ligt aan de noordzijde der Beek, die de Havelter-Aa genoemd wordt.

Tweemaal is dit Dorp genoegzaam geheel afgebrand: doch telkens en voortreffelijker opgebouwd. Het bevat in zig vijftien onderscheidene Kluften of gehuchten, die te zaamen 1600 bewooners kunnen opleeveren. Het getal der Hervormde Ledematen aldaar beloopt ruim 500. Men wil dat de Kerk voorheen aan de Abdij Dikninge, na bij Meppel geleegen, behoord heeft. Het Friesche Geslacht van BEILANUS heeft van dit Dorp zijn naam ontleend.Zie BACHIENE, B. 308.

< >