(Mya arenaria)Schelp groot, regelmatig ovaal. Mantellijn met mantelbocht. De ene schaalhelft bezit een lepelvormig uitsteeksel aan het slot, de andere een even grote holte. Wit. Tot 12 cm breed. Als men ze verstoort trekken ze de lange adembuizen (sifonen) in en spuiten daarbij een straal water naar buiten: dit kan men goed waarnemen als men wadloopt. Ingegraven in zachte zeebodems tot ca. 20 m diep.Concentraties van 1000 dieren op 1 m2 zijn niet ongewoon. Eetbaar.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk