het denkbeeldige vlak in een gebergte waarboven per jaar meer sneeuw valt dan afsmelt. Boven de sneeuwgrens ligt dan ook tijdens de zomer sneeuw, de zogenaamde „eeuwige sneeuw”.
Op de equator ligt de sneeuwgrens op 5000 à 5600 m, in de Alpen op 2700 à 3200 m, op Spitsbergen op 400 m hoogte.