Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Gepubliceerd op 24-03-2021

Dek

betekenis & definitie

Waar bij huizen en andere gebouwen van verdiepingen of etages wordt gesproken, zegt men aan boord van schepen „dekken”. Zeeschepen hebben gewoonlijk meer dekken, hetzij doorlopend van voor- tot achtersteven als bovendek, en in het bovengedeelte van de romp (tussendekken), dan wel opgebouwd boven de romp in een of meer korte, van elkaar gescheiden gedeelten.

De dekken worden met een bepaalde naam, een letter of op andere wijze duidelijk aangeduid. Men onderscheidt de technische benamingen en de „populaire” ten dienste van passagiers en in de spreektaal gebruikelijke. Het aantal benamingen om plaatsen aan boord precies aan te duiden is buitengewoon groot. Enkele zijn: hoofddek, opperdek, tussendek, tentdek, schutdek, brugdek, voor- en achterdek, promenadedek, sloependek; meer populaire zijn: salondek, huttendek, Lidodek, zonnedek, dek A, B, C, enz.

< >