of talent. Hieronder verstaat men de erfelijke aanleg die men bij zijn geboorte meekrijgt.
Men kent iemand een bepaalde begaafdheid toe op grond van geleverde prestaties. We spreken van zwak begaafden, middelmatig begaafden en zeer begaafden (zie I.Q.); ook, in meer speciale zin, b.v. van wiskundige begaafdheid. In hoeverre begaafdheid tot uiting komt, hangt voor een groot deel af van opvoeding en omstandigheden.