Hogere programmeertaal
1) Een programmeertaal, die geen weerspiegeling vormt van de structuur van een bepaalde computer of soort computer.
(2) Een probleemgerichte taal, die veel lijkt op een natuurlijke taal. Hierbij is weinig kennis vereist van de computer waarop een programma, dat in die taal is geschreven, moet worden verwerkt. Dit vereenvoudigt het vertalen van programma’s in deze taal in een aantal verschillende machinecodes. Gewoonlijk resulteert dit in vele instructies in machinetaal voor elke opdracht in het uitgangsprogramma. Voorbeelden: ALGOL, APL, BASIC, COBOL, FORTRAN, PASCAL en PL/I. Bij een hogere programmeertaal is een compileer- of vertaalprogramma noodzakelijk.