Italiaans architect en ingenieur (Melide, Lugano, 1543 - Napels 1607), neef en leraar van Carlo Maderna, heeft hoofdzakelijk als pauselijk architect in Rome gewerkt en sinds 1592 ook in Napels.
Te Rome heeft hij gemaakt als voornaamste werken, typische voorbeelden van de Romeinse barok aan het eind van de 16de eeuw: de kapel van Sixtus V (1584); Villa Montalto Negroni; hoofdingang van de Cancellaria; de plaatsing van de obelisk op het St Pietersplein en van één bij de S Maria Maggiore; de trap van Trinità. de’ Monti; Palazzo Laterano (begonnen 1586); plaatsing van de obelisken bij het Lateraan en op de Piazza del Popolo; de koepelbouw van de St Pieter, samen met Giacomo della Porta volgens het model van Michelangelo; beëindiging van de Vaticaanse loggia’s en de voorhal van S Maria in Trastevere. Men schrijft aan hem ook toe de ontwerpen voor de fontein Acqua Felice en voor de vier fonteinen van de kerk Quattro Fontane. In Napels staan het Palazzo Caraffa della Spina en het Palazzo Reale (na 1600) op zijn naam.
