Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

Cornelis COOLTUYN

betekenis & definitie

of Kooltuin, Ned. theoloog (Alkmaar -Emden Oct. 1567), een van de invloedrijkste figuren van de Kerkhervorming in Holland. Te Alkmaar was hij leerling van pastoor Laurens Zaff, bestudeerde o.m. de kerkvaders en werd in 1551 priester aldaar.

Reeds vroeg schijnt hij critiek te hebben gehad op de R.K. leringen en gebruiken. Als pastoor te Enkhuizen werd hij enige malen aangeklaagd bij de inquisiteurs Sonnius en Tapper te ’s-Gravenhage, maar na dreigementen weer vrijgelaten. Korte tijd was hij nog te Alkmaar werkzaam in een „priuate institucij der kijnderen” en werd zelfs tot opvolger van Zaff gekozen, maar toen brak hij met het pausdom en nam bij het dreigen van nieuwe vervolging de wijk naar Emden (1558). Martelaar tegen wil en dank wilde hij niet zijn, dit achtte hij geen „vromicheyt, maer roeckeloosheyt”.

Te Emden predikant geworden, werd hij in 1559 naar Westfriesland en Holland gezonden om er de hervorming te bevorderen (1559), werkte o.a. nog te Edam, Medemblik, Monnikendam, Purmerend, Schagen en Haarlem. Door middel van zijn leerlingen (o.a. Jan Arentz, de hageprediker) strekte zijn invloed zich uit tot Amsterdam en Utrecht. In 1565 werd hij door Emden naar Londen afgevaardigd ter beslechting van een twist over het gebruik van doopgetuigen.

Cooltuyn was een gematigd, bijbels theoloog, gelijk blijkt uit zijn geschrift Dat Evangeli der Armen (1559), een troostboek voor de ballingen. In de geest van Merula, Duyfhuys en Veluanus plaatste hij de practische vroomheid in het middelpunt en verzette hij zich tegen de ceremoniële misbruiken der R.K., en vooral tegen de leer van de transsubstantiatie. Zelf geen Calvinist, hechtte hij, uit verlangen naar eenheid, toch zijn goedkeuring aan de Geloofsbelijdenis van De Brés.DR W. F. DANKBAAR

Bibl.: Dat Evangeli der Armen, dat is: der Ellendigen Troost... doer een tsamenspraeck van. . . Theophilus ende Dorothea, waaraan toegevoegd de Brief aan Timotheus en Van de Misse (Emden 1559, herdr. Gorinchem 1611), uitg. en ingeleid door F. Pijper in Bibl. Ref.

Neerl., IX (1912), blz. 189-480.

Lit.: Biogr. Woordenboek van Prot. Godgeleerden, II, s.v.; R. Fruin, De voorbereiding in de ballingschap van de Geref. kerk in Holland (Archief v.

Ned. Kerkgesch., 1895, V); N. Ned. Biogr.

Woordenb. III (1914).

< >