Pepoli (Joachim Napoleon, markies), een Italiaansch staatsman, de telg van een aanzienlijk geslacht en door zijne moeder Laetitia Josephine de kleinzoon van Joachim Murat, werd geboren te Bologna den 6den November 1825 en verbond zich in 1844 in den echt met prinses Frederika van HohenzollernSigmaringen. Hij trad het eerst openlijk op, toen in 1846 het overlijden van paus Gregorius XVI eene algemeene beweging veroorzaakte, en behoorde tot hen, die eene petitie, waarin hervormingen werden verlangd, tot het conclave rigtten. De aanval der Oostenrijkers op Bologna in 1848 bragt hem aan het hoofd van de Nationale garde, die met goed gevolg tegen de Oostenrijksche troepen optrok. Nadat Bologna in 1849 in handen der Oostenrijkers was gevallen, begaf hij zich naar Toscane, maar keerde in 1852 naar zijne geboortestad terug, waar hij geschriften in het licht zond over het Romeinsche vraagstuk en over de financiën van den Heiligen Stoel.
In 1859 kwam hij aan het hoofd van het voorloopig bewind te Bologna, werd vervolgens minister van financiën in Emilia, en in 1860 commissaris-generaal in Umbrië. Toen dit laatste geannexeerd werd, zag hij zich door Bologna afgevaardigd naar het Parlement, waar hij zitting nam in het linker centrum. In het ministérie Ratazzi (1862) belastte hij zich met de portefeuille van Handel en Nijverheid. In 1863 vertrok hij als gezant naar Petersburg en in 1864 werkte hij mede tot de sluiting van het Septemberverdrag. Wegens zijne betrekking tot de Napoleonisten en tot het Pruissische vorstenhuis was hij in 1860 als onderhandelaar werkzaam. In Maart 1868 werd hij gezant te Weenen, en vertoefde hier tot in 1870.