Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Lanza

betekenis & definitie

Lanza (Giovanni), een Italiaansch staatsman, geboren in 1815 te Vignale bij CasalMontferrato in Piémont, studeerde te Turijn in de geneeskunde en was daarna als arts in zijne geboorteplaats werkzaam. In 1848 werd bij er gekozen tot lid van het Parlement, alwaar hij zich met Ratazzi bij de gematigde linker zijde voegde, waarmede later ook Gavour ter bevordering der belangen van Italië zich verbond, zonder in alle opzigten met haar overeen te stemmen. Nadat hij den 31sten Mei 1855 als minister van Onderwijs zitting genomen had in het kabinetCavour, belastte hij zich in Januarij 1858 daarenboven voorloopig en vervolgens voor goed met de portefeuille van Financiën, terwijl hij die van Onderwijs nederlegde. Na den Vrede van Villafranca in 1859 nam hij met het geheele kabinetCavour zijn ontslag en werd weder lid van het Parlement, waar men hem bij herhaling tot voorzitter benoemde.

Toen voorts het ministérie Minghetti in September 1864 aftrad en La Marmora belast werd met de vorming van een nieuw kabinet, aanvaardde Lanza de portefeuille van Binnenlandsche Zaken, verlegde den zetel der regéring van Turijn naar Florence, maar vroeg in 1865 zijn ontslag. Nu hervatte hij zijne werkzaamheid in het Parlement en werd er, naar den wensch van het conservatieve ministérie Menabrea-Cambray tegenover den meer radicalen Ratazzi, in 1867 tot voorzitter gekozen, maar verschilde tevens in bedoelingen en wenschen zoo sterk van het ministérie, dat hij weldra zijn praesidiaat nederlegde. Van dat oogenblik af bestreed hij de financiële politiek der regéring, zoodat deze zijne benoeming tot voorzitter der Kamer (1869) als een votum van wantrouwen aanmerkte en aftrad. Nu ontving Lanza zelf den last om een nieuw kabinet te vormen; hij koos de leden uit de gematigdliberale partij en belastte zelf zich met de portefeuille van Binnenlandsche Zaken. Zijn programma was: door vrede met het buitenland en zuinigheid in het binnenland den geldelijken toestand van Italië te verbeteren. Zijne wetsontwerpen omtrent belastingen enz. en zijne organieke wet omtrent het openbaar onderwijs bewezen, dat het hem ernst was, het heil van zijn vaderland te bevorderen. Doch in spijt van zijne betuigingen des vredes ontstonden gedurende zijn beheer de oorlogzuchtige bewegingen, die de verovering van Rome en het verplaatsen van den regéringszetel derwaarts ten gevolge hadden (1870). In 1873 trad hij af als eerste minister en werd door Minghetti vervangen.

< >