Hegewisch (Dietrich Hermann), een verdienstelijk Duitsch geschiedschrijver, geboren den 15den December 1740 te Quackenbrück in het land van Osnabrück, studeerde aanvankelijk in de regten, doch legde zich vooral toe op de geschiedenis, en zag zich vervolgens geplaatst als Deensch gezantschapssecretaris te Hamburg.
Hier vond hij tijd en gelegenheid, om zijne „Geschichte Karl’s des Groszen (1772)” — en zijne „Geschichte der fränkischen Monarchie (1779)” in het licht te geven. In 1780 vestigde hij zich te Kiel en werd er 2 jaar later aangesteld tot gewoon hoogeerlaar in de geschiedenis. In 1805 riep men hem tot het ambt van staatsraad, en hij overleed den 4den April 1812. Van zijne talrijke geschriften vermelden wij nog: „Geschichte der Deutschen von Konrad I bis Heinrich II (1781)”, — „Geschichte der Regierung Kaiser Maximilian’s I (1782—1783, 2 dln, 2de druk 1818)”, — „Allgemeine Uebersicht der Deutschen Culturgeschichte (1788)” en „Geschichte der Englischen Parlementsberedsamkeit (1804)”. — Zijn zoon Franz Hermann, geboren te Kiel den 13den November 1783 werd aldaar in 1809 hoogleeraar in de geneeskunde en maakte zich vooral bekend door zijne warme belangstelling in de lotgevallen van zijn vaderland. Hij deelde zijne gevoelens mede in talrijke dagbladartikels onder den naam van Franz Baltisch. Ook schreef hij onder dien naam: „Politische Freiheit (1832)”, en „Eigenthum und Vielkinderei (1846)”, en overleed den 27sten Mei 1865.
