Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 07-08-2018

Eylau

betekenis & definitie

Eylau of Eilau is de naam van 2 steden in de Pruissische provincie Pruissen.

De eene is Deutsch-Eylau, die nog geen 3000 inwoners telt en zich verheft aan het zuidelijk uiteinde van het Geserich-meer; — de andere, Preussisch-Eylau genaamd, de hoofdstad van een district, dat op bijna 22 □ geogr. mijlen 53000 zielen telt, ligt 5 geogr. mijl ten zuiden van Königsberg. Deze stad met eene bevolking van nog geen 4000 zielen, is merkwaardig wegens den naar haar genoemden veldslag, die er voorviel op den 8sten Februarij 1807. Het Russische leger onder Bennigsen had er zich den 7den op de heuvels ten noorden van Eylau in slagorde geplaatst, en des namiddags dwong Napoleon de Russische achterhoede voorwaarts naar de stad, die des avonds ontruimd werd. Davoust, gelast, om den vijand heen te trekken, bereikte tegelijkertijd met zijne voorhoede den weg naar Königsberg, eene mijl ver van Eylau, terwijl Ney zich op dergelijken afstand van de stad bij Orschen bevond. Het Pruissische corps onder Lestocq was nog 2 mijl van Eylau verwijderd, en Bennigsen wilde Königsberg niet aan de Franschen prijs geven zonder een slag te wagen. Napoleon was slechts bevreesd, dat de Russen zouden terugtrekken, en juichte, toen hij op den 8sten bij het aanbreken van den dag opmerkte, dat zij stand hielden.

Nu nam hij zijne maatregelen. Soult commandeerde den linkervleugel met het door hem bezette Eylau achter zich. Aan zijne regterzijde bevond zich Augereau, en naast dezen de divisie St. Hilaire, terwijl de reserve-cavalerie onder Murat zich achter hem bevond, en de garde onder Bessières als reserve bij het kerkhof stond. Het Fransche leger telde 80000 man, en dat der Russen 58000. Van dit laatste stond de regtervleugel onder Toetsjkow bij Schmoditten, het centrum onder Sacken dwars over den weg naar Domnau, terwijl de linkervleugel onder OstermannTolstoy zich uitstrekte tot aan het Kree-gebergte, en talrijke reserven onder Doctorow en prins Galizin zich achter het centrum bevonden.

De artillerie-corpsen waren vóór de beide fronten verdeeld, doch de Russische waren sterker dan de Fransche. Volgens het plan van Napoleon moest Davoust den linkerflank in den rug, en St. Hilaire den linkervleugel aantasten, terwijl Augereau en de reserve-cavalerie, vooruitrukkend tegen het centrum, dien aanval zouden ondersteunen door zich met alle kracht op den regtervleugel te werpen, waarbij Napoleon op de komst van Ney rekende. De late komst van Davoust en het wegblijven van Ney deden echter dat plan gedeeltelijk mislukken. Bij het aanbreken van den dageraad opende Bennigsen den slag met kanonvuur van zijn regtervleugel, dat door de Franschen beantwoord werd.

Terwijl het geschutgedonder toenam, bemerkte Bennigsen de aanvallende beweging van Soult en deed een gedeelte van den regtervleugel voorwaarts rukken, en de Franschen werden naar Eylau teruggeworpen. Om deze stad te behouden, ontving St. Hilaire bevel om eene oostwaartsche beweging te maken, waarbij hij door Augereau, voorts welligt door Davoust ondersteund zou worden. Toen de troepen opmarcheerden, bragt eene sneeuwbui hen uit de aangewezen rigting en voor het centrum der Russen, waar zij van den artillerie veel te lijden hadden. Augereau werd met de bajonet aangetast, teruggedrongen en door de reserve-cavalerie onder Galizin vervolgd, terwijl St. Hilaire met een aanzienlijk verlies naar de regterzijde aftrok.

Nu verscheen Murat met de reserve-cavalerie, om den vervolgenden vijand tegen te houden, en er ontstond een ruitergevecht, dat de beide tegenstanders uitputte. Intusschen werd Bennigsen hierdoor belet, eenig voordeel te doen met de door Augereau geledene nederlaag. Het was ruim 10 uur geworden, en de strijd werd met vreeselijk kanonvuur voortgezet. Ongeveer op den middag viel Davoust in de linkerflank van de Russen en veroverde, door St. Hilaire ondersteund, het dorp Serpallen, waarna hij voortrukte naar het Kree-gebergte en dit met 30 stukken bezette. De linkervleugel der Russen was aan het wijken gebragt; Davoust omsingelde hem meer en meer, veroverde eenige dorpen, waardoor hij den vijand den terugtogt afsneed, en bedreigde zelfs de gemeenschap met Königsberg. Te 3 ure verscheen Lestocq met zijn Pruissisch corps en bewaarde de Russen voor eene volkomene nederlaag. Ney had hem reeds op zijn togt derwaarts zóó geweldig gehavend, dat hij slechts met een gedeelte zijner manschappen (5500) het slagveld bereiken kon.

Hier werd hij aanstonds tot hulp naar den linkervleugel gezonden; wél heroverde hij eenige dorpen, doch kon het Kree-gebergte niet bemagtigen. Op den anderen vleugel werd alleen het kanonvuur voortgezet. Ney was bij het vervolgen van het vlugtende gedeelte van het corps van Lestocq in eene verkeerde rigting voortgetrokken en bemerkte eerst laat zijne dwaling. Nog diep in den avond deed hij een vruchteloozen aanval op Schmoditten. De bloedige slag bleef onbeslist, en de beide partijen schreven zich de overwinning toe.

De geweldige verliezen van het Russische leger verboden echter het hervatten van den slag, zoodat het des nachts aftrok naar Königsberg; Lestocq marcheerde over Domnau naar Altenburg, om den weg naar Rusland open te houden. Napoleon daarentegen behield het slagveld, daar het corps van Ney en de garde nog weinig geleden hadden, en noemde zich om die reden met eenig regt overwinnaar. Het verlies was bij elk der strijdende legers ongeveer 18.000 man. Napoleon verliet Eylau den 16de Februarij, om achter de Passarge de winterkwartieren te betrekken.

< >