Eratósthenes, een geleerde uit de dagen der Ptólemaeussen en wegens zijne uitgebreide kennis „de philoloog” genaamd, werd geboren in 276 vóór Chr. te Cyréne in Afrika. Ptólomaeus Evergetes riep hem naar Alexandria en belastte hem met het opzigt op de groote bibliotheek. In hoogen ouderdom werd hij blind en in 194 vóór Chr. bragt hij zich, uit ergernis daarover, door onthouding van spijs om het leven.
Hij heeft te Alexandria de schuinsheid der ecliptica bepaald op 23°57'15", en eene sterrenlijst vervaardigd van 675 vaste sterren, die echter niet tot ons gekomen is. Den grootsten roem verwierf hij door het meten van den omvang der aarde, en op het gebied der wiskunde maakte hij zich verdienstelijk door zijne werken over de verdubbeling der wortels en over de prim-getallen. Van het meerendeel zijner geschriften zijn enkel fragmenten overgebleven.