Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 06-07-2018

Convertieten

betekenis & definitie

Convertieten, van het Latijnsche woord conversi (bekeerden), noemde men sedert de 6de eeuw zoodanige monniken, die zich op volwassen leeftijd door plegtige geloften tot een aanhoudend vertoef in een klooster hadden verbonden, in onderscheiding van de nutriti, die van jongs af aldaar voor het monnikenleven waren opgeleid. Sedert de dagen van Gregorius VII echter gaf men den naam van conversi en conversae aan zoodanige kloosterbroeders en kloosterzusters, die, doorgaans uit de laagste volksklassen afkomstig, in het gebouw der zamenwoning de geringste werkzaamheden volbragten. Tegenwoordig noemt men veelal hen convertieten, die van het eene kerkgenootschap tot het andere overgaan.

De vrijheid hiertoe is in verreweg de meeste Staten van Europa gewaarborgd, en zoowel de Protestantsche Kerk als de R. Katholieke telt van ouds en nog jaarlijks onder lieden van allerlei stand hare convertieten of bekeerden. Voor een overgang tot eerstgenoemde is doorgaans eene geloofsbelijdenis voldoende, terwijl laatstgenoemde daarenboven den convertieten-eed schijnt te vorderen, namelijk eene plegtige afzwering van het verlaten Kerkgenootschap.

< >