Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 11-01-2018

Appositie

betekenis & definitie

Appositie noemt men in de spraakkunst een zelfstandig naamwoord of een als zelfstandig gebruikt bijvoegelijk naamwoord, hetwelk aan een dergelijk woord of ook wel aan een voornaamwoord wordt toegevoegd, om dit nader te bepalen of duidelijk te maken. In de volzinnen: “Hebt gij Klaas den kruijer gezien? Alexander de Groote was een zoon van Philippus. Op hem den magtige moogt gij vertrouwen,” zijn de woorden kruijer, de Groote en den magtige even zoo vele apposities. Deze laatste komen in geslacht, getal en naamval overeen met de woorden, waaraan zij zijn toegevoegd.

< >