Gepubliceerd op 01-11-2017

tram

betekenis & definitie

tram - Zelfstandignaamwoord
1. (verkeer) een railvoertuig dat meestal in steden voor personenvervoer gebruikt wordt
Trams rijden meestal door de straten, tussen het verkeer of op een vrije baan.

Verwante begrippen
metro, railvoertuig, trein