neut - Zelfstandignaamwoord
1. een glaasje sterke drank
♢ Hij had een paar neutjes op en toch klom hij achter het stuur.
2. (bouwkunde) een blokje van natuursteen of hout waarop een kozijnstijl rust
♢ De houten neuten waren totaal verrot en zouden vervangen moeten worden.
3. (bouwkunde) uit een muur vooruitstekend deel waarop een balk kan rusten
♢ blokje of rol om het verschuiven van een samenstel van balken, ijzers of stukken hout te verhinderen
4. (techniek) uitstekend deel, neusstuk
5. klein (oud) vrouwtje (zie ook lepeneut)
Synoniemen
[1] borrel
[2-3] neusstuk
Gepubliceerd op 04-12-2017
neut
betekenis & definitie