arbeid - Zelfstandignaamwoord
1. (natuurkunde) energie die door een krachtbron geleverd wordt bij verplaatsing van een voorwerp
♢ Arbeid is kracht x weg
2. (economie) de primaire productiefactor
♢ De bewindsman zei toen te vrezen dat in de toekomst voor veel mensen geen betaald werk meer is, omdat de meeste arbeid straks wellicht door robots of machines wordt verricht.
3. verhandelen van objecten door menselijke bewegingen op een welbepaalde locatie
arbeid - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van arbeiden
♢ Ik arbeid
2. gebiedende wijs van arbeiden
♢ arbeid!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van arbeiden
♢ arbeid je?
Woordherkomst
uit het Middelnederlands
Synoniemen
[2]: emplooi, karwei, werk
Verwante begrippen
beroep
Gepubliceerd op 31-10-2017
arbeid
betekenis & definitie