betekent een vierde deel van een geheel, b.v. van een uur. In den welbekenden verkleinvorm „kwartje” is dit het vierde van onze munteenheid, den gulden.
In ruimeren zin, n.l. niet juist een vierde, maar een bepaald deel van een geheel bedoelende, spreekt men van stadskwartieren, b.v. van het schilderskwartier of het bloemenkwartier van een stad (dus ter vervanging van „buurt”). Men bedoelt dan die gedeelten der stad, waar de straten naar schilders, bloemen enz. genoemd zijn.
In de heraldiek (zie aldaar) worden de verschillende velden, waarin sommige wapens op wapenschilden zijn verdeeld, eveneens kwartieren genoemd. Deze kwartieren stellen de wapens voor van de geslachten, waarvan de drager van Het wapen afstamt. Spreekt men van iemands vier, acht, enz. kwartieren, dan zijn dat de wapens van zijn vier, acht enz. voorouders. In de wapenkunde telt men bij vorstelijke geslachten hoogstens tot 32 kwartieren.
Ook de schijngestalten, die de maan gedurende haar omloop om de aarde vertoont, heten kwartieren, n.l.: eerste kwartier: wassende maan; volle maan; laatste kwartier: afnemende maan en nieuwe maan.
Er zijn nog verschillende andere betekenissen van dit woord, als b.v. die van verblijfplaats van militairen (denk aan hoofdkwartier) enz.
